Chili: taalcursus Spaans, palta, natuur en vele highlights

Voor alle vakantiegangers in Chili een paar handige weetjes vooraf.
To do: het Andesgebergte beklimmen! Het vergt enige inspanning om op 3000 meter hoogte de bergen te trotseren (10 uur lang..) maar het uitzicht maakt alles goed!

Ook is het handig om in ieder geval een beetje Spaans te leren, vooral de getallen, menukaart en weten hoe je iemand kan begroeten kunnen erg van pas komen. De Chilenen hebben andere woorden in het Spaans dan andere landen en spreken erg snel!

To eat/drink: typisch Chileens is palta (avocado), lokale drankjes: motte con huesillo (alleen in de zomer, een mix van vanalles), piña colada, pisco sour, terremoto (letterlijk: aardbeving), cola de mono (moet je van houden, is een mix van koffie, melk en drank). Reguliere koffie is hier echter niet te drinken. Zelfs de Chilenen maken hier grapjes over, want nescafé = no es café (het is geen koffie).

De hoofdstad Santiago is voor een Zuid-Amerikaanse stad vrij overzichtelijk, erg handig als je richtingsgevoel je weleens in de steek laat. Ook is het een plek waar je veel musea en historische gebouwen kunt bezoeken. De belangrijkste voorbeelden zijn ‘La Moneda’, oftewel het regeringsgebouw, het ‘Municipalidad’, het stadhuis en het centraal station ‘Estación Central’, wat in één van de populairste en levendigste commerciële buurten van de stad ligt. Het regeringsgebouw heeft ook haar eigen cultureel centrum genaamd ‘Centro Cultural Palacio de la Moneda’, met kunsttentoonstellingen, een collectie Chileense films en een kunstnijverheidswinkel. De bekendste musea zijn: ‘Museo Nacional de Bellas Artes’ (museum voor de Schone Kunsten), ‘Museo Histórico Nacional’, ‘Museo de Santiago’ ‘Museo de los derechos humanos’ (museum voor de mensenrechten: politieke geschiedenis van Chili) en ‘Museo Chileno de Arte Precolombino’. Allen zijn een bezoekje waard!

Ideaal is de metro die dankzij zijn combinatielijnen je naar elke plaats in de stad kan vervoeren. De metrokaart genaamd ‘bip!’ is verkrijgbaar bij de loketten in bijna elk metrostation. In de spitsuren geeft het echter wel een ´sardientje in een blikje´- gevoel.

Bovendien heeft Santiago veel mooie parken (bijvoorbeeld ‘Parque Forestal’ en ‘Parque Quinta Normal’) en heuvels, zogenaamde ´cerros´ (o.a.‘Cerro San Cristóbal’ en ‘Cerro Santa Lucía’). Echt een aanrader om deze te beklimmen want het geeft je uitzicht over de hele stad!

Speciaal voor de visliefhebbers, is ‘Mercado Central’ een ideale plek. Op deze overdekte markt kan je niet alleen vis kopen maar ook bestellen in de nabijgelegen restaurantjes. Ook zijn er genoeg wijngaarden net buiten Santiago, één van de bekendste is Concha y Toro, met een uitgestrekt landschap aan druivenplantages voor bijna elke wijnsoort. Bovendien krijg je er ook een rondleiding, een wijnproeverij (je komt er wel een beetje beschonken vandaan..) en een eigen wijnglas met hun embleem erop.

De winkelliefhebbers kunnen hun hart ophalen in ‘Costanera center’, een shopping mall met meerdere verdiepingen waar ze bijna alles hebben: variërend van (merk)kledingwinkels, restaurantjes, een supermarkt tot een bioscoop. Souvenirs kan je in de hele stad verkrijgen, in winkels of in kraampjes op de straat, en in ‘Los Dominicos’ vlakbij het gelijknamige metrostation, wat een soort park is met meerdere souvenirshops.

Om het Chileense ritme aan te nemen kan je het beste naar de hippe uitgaanswijk ‘Bellavista’ gaan. Hier zijn de restaurantjes en clubs open tot in de nachtelijke uurtjes. In Chili is het normaal om te lunchen met een echte maaltijd (denk aan pasta/rijst/gebakken aardappelen met vlees/vis/kip) zoals wij die ’s avonds kennen, aan de eind van de middag iets kleins te eten en ’s avonds te dineren rond een uur of 10.

Naast Santiago heeft Chili fantastische kustplaatsen om naartoe te reizen. Twee ervan zijn Viña del Mar en Valparaiso die vlak naast elkaar liggen. Vooral Valparaiso is erg mooi met haar gekleurde huisjes en is een plek waar veel emigranten uit Zuid-Europa en Duitsland wonen. Het bekendste strand van Chili is Cartagena, waar veel Chilenen graag hun weekenden en vakanties doorbrengen. Ook het huis van de bekende dichter Pablo Neruda ligt hier, het zogenaamde ‘Isla Negra’. Een absolute aanrader om te bezoeken. Het is gelegen tussen de bergen en de zee en heeft veel verschillende kamers. Hij had nog twee andere huizen, één in Valparaiso en één in Santiago genaamd ‘La Chascona’, die ook de moeite waard is maar wat kleiner is.

Naast alle activiteiten is er ook een intellectuele uitdaging te vinden in Chili, namelijk Spaans leren! Via Travel Active heb ik een maand lang een taalcursus gevolgd bij de talenschool in Santiago, gelegen bij het metrostation Baquedano en naast de wijk Bellavista. Ik kon verschillende cursuspakketten kiezen, variërend van het standaard programma met 20 lesuren in de week (’s ochtends van 9 tot 1) met uitbreiding mogelijk met groeps- of privélessen in de middag of enkel alleen privélessen.

Wat erg fijn is aan de lessen is dat ze plaatsvinden in kleine groepjes met maximaal 8 personen. Zo leer je je leraar en klasgenoten sneller kennen, kan je voldoende vragen stellen en leer je ook nog eens Spaans in een snel tempo!

Afhankelijk van je niveau wordt er afwisselend aandacht besteed aan grammatica en spreekvaardigheid. Ook wisselen ze de reguliere lessen af met andere activiteiten, zoals een bezoekje aan de plaatselijke supermarkt (toch wel handig om te weten hoe alles heet), een museum of het kijken van een Spaanse film.

Bovendien zijn de leraren gewend aan buitenlanders dus spreken ze vaak wat rustiger en beter verstaanbaar dan de locals. Ook zijn ze erg behulpzaam in het geven van handige tips.
Meer informatie over een taalcursus Spaans in Chili